Co-art, kunstenaars die samenwerken voor maatschappelijke vraagstukken. Dat is echt de kunst!

'De vijftiende editie van Documenta draait om de kracht van het collectief', volgens NRC. Het is een uitspatting van co-art. Een paar jaar geleden liep ik tegen dit boek aan: Co-Art: artists on creative collaboration. Je begrijpt, het had direct mijn interesse.

De kunst is toch bij uitstek een domein waar de individuele kunstenaar zijn zelfexpressie tot uiting brengt. Waar het individu het kunstwerk signeert. Is die kunst gegrepen door samenwerking? Ik sprak erover met Jaap Röell, recensent van hedendaagse kunst en kunstondernemer. Samenwerken in de kunst heeft een lange traditie. De ateliers in de gouden eeuw waren plekken waar kunstenaars samen aan de slag waren. Er zijn al heel lang ‘scholen’ en stromingen; de Haagse school, COBRA, waar kunstenaars elkaar inspireren. Was co-art oude wijn in nieuwe zakken? Ik liet het liggen. Ik was ook aan de slag met de herziene versie van Leren Samenwerken (ja ja, verschijnt in 2023), waar het wel een plaats krijgt. Tot de aankondiging van documenta 15 in Kassel...

 

Documenta 15. De kracht van het collectief. Een kunstenaarscollectief - Ruangrupa uit Indonesië - kreeg de creatieve leiding. En zij nodigden 15 andere collectieven van kunstenaars uit om samen de documenta in Kassel vorm te geven. Met daarachter soms enkele en soms wel honderden kunstenaars per lid. Heel veel kunstenaars! Helemaal volgens principes van samenwerking, met een heel eigen idioom. Lumbung, Common pot, Ekosistem, Fridskul, Harvest. Met eigen waarden en identiteit, de lumbung values: vrijgevigheid, lokale verankering, onafhankelijkheid, regeneratie, transparantie, sufficiency en humor. De aanloop had een aantal serieuze hick-ups: corona deed de collectieve voorbereiding geen goed, beschuldiging van fascisme, ontslag van de zakelijk directeur, reuring in de pers, de Duitse achilleshiel geraakt. Onhandigheid troef.

Maar dan documenta, de tempel en overzichtsexpositie van hedendaagse kunst. Vanaf 1955 elke vijf jaar. 100 dagen, in Kassel. Nu editie 15. Het is een explosie van co-art. Maar wel als vraag. Met als ondertitel ‘Make friends, not art’. Het biedt een ander perspectief op kunst.  

De zes zuilen van het Fredericanum, voor de documenta beschilderd door Dan Perjvschi, vatten documenta 15 samen en duiden ze. Iedere zuil geeft kernachtig een van de waarden weer en in alle zuilen zit humor (zo los je het probleem van zeven waarden en maar zes zuilen op). Het collectief staat centraal en de westerse kijk op kunst wordt overal ter discussie gesteld.

Kunst gaat op de documenta over de inzet van artistieke middelen ten dienste van maatschappelijke vraagstukken. NIET om het kunstwerk of de kunstenaar sec. Alle kunst gaat over het collectief agenderen van lokale tot wereldwijde maatschappelijke vraagstukken. Het sturen van oude kleding naar Afrika en de negatieve effecten ervan, het vluchtelingenvraagstuk, corrupte regimes, onderdrukking, het kapen van LHBTQ door de westerse kijk en wereld, kolonialisme, letterlijk over overleven door en met kunst. Het zet de westerse kijk op kunst op z’n kop en zet daar een ander paradigma tegenover. Vergelijk dit maar:

Westerse kijk op kunst:

  • het kunstwerk als toetssteen
  • 1 op 1: kunstenaar en kunstwerk
  • vakmanschap en creativiteit
  • object als uitkomst
  • individuele ‘Profit and Loss’
  • succes = beroemdheid = exposeren = galerie = museum = €.

Lumbung/documenta 15 kijk op kunst:

  • kunst als middel
  • N op N: collectiviteit en artistiek/maatschappelijk proces
  • engagement
  • kunst als uitkomst van het proces
  • common pot
  • succes = collectief proces = samen beïnvloeden = zichtbaarheid = maatschappelijk/politiek effect.

Dus ook vanuit westers perspectief: ‘Where is the art?’. De tekening van Safdar Ahmed biedt (een deel van) het antwoord. Het gaat niet om het kunstwerk als resultaat, maar om het collectieve proces. Vandaar dat veel video’s gaan over aanleiding, probleem, context, proces, dialoog en ‘sense’.

Interessant aan de documenta vond ik dat er een groot ‘samenwerkingsidee’ achter deze editie zit. Waarbij dit ook geëxpliciteerd en geïnstrumentaliseerd wordt: hoe maak je succesvolle en invloedrijke collectieven waarbij de kunst maatschappelijke vraagstukken adresseert? Maar ook in hoe de kunstcollectieven door de documenta-organisatie als coalities in een netwerk gezien en ondersteund werden. Dat is ook goed uitgewerkt en beschreven. Inclusief een ‘school’; GUDSKUL en Fridskul. En gidsen die geen gidsen heten, maar sobats (een soort gastheer), en rondleidingen die ‘walks and stories’ heten. En die je eerst meenemen in Lumbung.

Heb ik een kunstwerk gezien dat ik ‘aan de muur wil hangen’? Een foute vraag in de context van deze documenta. Tja. Maar ik werd wel verward, blij, geïnteresseerd, nieuwsgierig, boos, vrolijk, beschaamd en moe. En heb veel opgestoken over samenwerken. Maar ik miste wel die collectieve dialoog on the spot. Toch veel overwegend westers uitziende mensen die ‘kunst kwamen kijken’.

Doel van documenta 15 was niet ‘een succesvolle editie over briljante hedendaagse kunstwerken, waarover nog lang gepraat wordt’. Geen ‘L’art pour l’art’. Maar een beweging: ‘We are not in documenta 15, we are in Lumbung one’. Een beweging over het belang van artistieke collectiviteiten en de rol die zij spelen in maatschappelijke vraagstukken, lokaal en mondiaal.

Deze blog is een steentje in Lumbung one want als een probleem echt complex is, kan niemand het alleen. En dat is de echte kunst!

Lees meer
Leestijd3 minuten
Auteur(s)Wilfrid Opheij
Co-art, kunstenaars die samenwerken voor maatschappelijke vraagstukken. Dat is echt de kunst!